Het verhaal van zij-instromer Anouk van Rijn: Het mooiste vak dat er is!

Bijgewerkt op 12 februari 2024 | 7 minuten

Het was niet haar plan. Sterker nog, het onderwijs was niks voor haar. En toch staat Anouk van Rijn nu voor de klas. En kan ze zich geen betere, leukere baan meer voorstellen. Ze treedt daarmee in de onderwijsvoetsporen van haar zussen, die haar gestimuleerd hebben voor het zij-instroomtraject te kiezen. En laat dat stimuleren nu precies zijn wat Anouk doet bij haar leerlingen. Om jezelf te zijn, het beste uit jezelf te halen en te durven kiezen.

Vertel eens wat over jezelf

“Ik ben Anouk, 31 jaar. Mijn zussen zitten alletwee in het onderwijs, dus je kan wel zeggen dat ik uit een onderwijsfamilie kom. Ik kwam dus al in aanraking met het onderwijs. Maar zelf heb ik altijd geroepen dat ik níet het onderwijs in wilde. Ik heb HBO Pedagogiek gedaan. Na mijn opleiding heb ik samen met een vriendin een jaar in Canada gewoond en daar als au-pair gewerkt. Leuke tijd was dat! Na Canada ben ik in de kinderopvang gaan werken. Dat heb ik een hele tijd gedaan. En nu sta ik voor de klas. Best grappig als je bedenkt dat ik dit vroeger juist niet van plan was.”

Je zei dat het onderwijs niets voor jou was en toch zit je er nu in; hoe kwam dat?

“Mijn oudere zus vond het onderwijs goed bij mij passen, maar ik wilde eerst mijn eigen ding doen. Iets wat ik echt leuk vond. Toen ben ik in de kinderopvang beland. Ik stond daar voor een oudere groep, de kinderen die naar de basisschool zouden gaan. Zo kwam ik erachter dat ik het lesgeven en het voorbereiden op school hartstikke leuk vond. Ik ben in gesprek gegaan met mijn oudste zus. Het onderwijs, dat wilde ik nu heel graag, maar ik had geen zin om weer een voltijd studie te gaan doen, vier jaar lang. Zij vertelde me toen over het zij-instroomtraject. Twee jaar studie en daarnaast werken. Dat zag ik wel zitten.”

‘Ik ben ervan overtuigd dat kinderen pas echt tot dingen kunnen komen als ze merken dat jij de moeite neemt om ze te leren kennen.’

Je bent nog bezig met je opleiding. Hoe gaat dat?

“Ik sta nu vier dagen per week als juf voor groep 4, op de Droomspiegel in Almere. Één dag kan ik aan mijn studie besteden. Dat is erg fijn. Ik kan niet zeggen dat het makkelijk is gegaan. Het is echt een zware studie die je aangaat. Je staat niet alleen voor de groep, maar bent ook verantwoordelijk voor alle andere taken naast de groep. Dat gaat natuurlijk niet in één keer; daar word je langzaam naartoe geleid. Maar toch: het is best zwaar, die combinatie! Je moet keuzes maken. Zelf heb ik geen kinderen, dus ik heb nu voor mezelf besloten dat ik in de vakanties moet doorpakken. Ik ga dan verslagen schrijven en me voorbereiden op toetsen. Eind maart hoop ik mijn opleiding af te ronden, dus het zijn nu gelukkig de laatste loodjes.”

Wat maakt jou een goede juf? Wat heb jij je leerlingen te bieden?

“Wat mij een goede juf maakt? Ik denk dat ik altijd eerst een goede relatie probeer op te bouwen met de kinderen. Daar investeer ik echt in en neem ik de tijd voor. Ook vanuit persoonlijk oogpunt vind ik dat ontzettend belangrijk. Misschien wel omdat ik pedagoog ben. Ik ben ervan overtuigd dat kinderen pas echt tot dingen kunnen komen als ze merken dat jij de moeite neemt om ze te leren kennen. De ene leerling staat daar natuurlijk meer voor open dan de andere. Maar het mooiste is dan dat je ook die leerlingen weet te bereiken die wat geslotener zijn.”

‘Juf, je bent de beste! Weet je, dat is gewoon ontzettend lief!’

Werk jij anders dan collega-leerkrachten?

“Mmmmmm… Nee, dat kan ik nog niet zeggen. Ik leer juist ontzettend veel van mijn collega’s. Ik mag heel veel bij ze afkijken en ideeën meenemen. Ik denk dat ik nog wel bezig ben me daarin te ontwikkelen, om een eigen leer- en lesaanpak te krijgen die bij mij past. Op dat vlak kan ik zeker nog verder groeien. Vanuit mijn pedagogische achtergrond, heb ik wel een bepaalde voorsprong, denk ik. Ik heb natuurlijk al een hele tijd met kinderen gewerkt en ze geobserveerd. Hun beweegredenen waarom zij bepaalde dingen doen, begrijp ik misschien beter dan collega’s die vanuit een andere omgeving komen, bijvoorbeeld de bankwereld. De basis ligt er al bij mij en dat heeft mij zeker geholpen bij het voor de klas staan.”

Met welke argumenten zou jij mensen overtuigen om ook het onderwijs in te stappen?

“Simpel! Het is uiteindelijk het mooiste vak dat er is! Jij bent misschien wel degene die kinderen stimuleert een kant op te gaan waar ze zelf nog nooit aan gedacht hebben. Of degene die probeert om het beste te halen uit een leerling die denkt dat hij het niet kan. Dat is gewoon hartstikke mooi! Als je iets uitlegt aan de kinderen wat ze niet helemaal begrijpen en je ziet opeens dat kwartje vallen in hun ogen, ja, dat is echt het allerleukst!”

‘Dan denk ik: Wow, dat jij dat durft!’

“Het ligt natuurlijk wel een beetje aan je klas. Pas geleden hoorde ik bijvoorbeeld dat ik een toets had gehaald. De vreugde van de kinderen in mijn klas, toen ik ze dat vertelde! En alle knuffels die ik kreeg! “Juf, je bent de beste!” Weet je, dat is gewoon ontzettend lief! Van collega’s hoor ik ook dat ze genoeg lichtpuntjes in de klas hebben. En dat is wat het vak van leerkracht zo mooi maakt. Dat gun ik anderen ook.”

Als kinderen later nog eens terugbladeren in hun vriendenboekje, wat moeten ze zich dan herinneren van juf Anouk?

“Oehhhh, dat is een lastige vraag. Ik denk als een juf bij wie ze zichzelf konden zijn. Dat ze, als ze een rotdag hadden, ze die ook gewoon mochten hebben. Of dat, als ze verdriet hadden, dat ook mocht in mijn klas. Het is niet altijd alleen maar leuk en gezellig. Soms heb je een rotdag; dat mogen kinderen ook hebben. Die ruimte vind ik heel belangrijk.

En verder. Ja, het is misschien een beetje vergezocht, maar tegenwoordig gaat het veel over niveau, HAVO of VWO…Kinderen die een lager niveau hebben, worden een beetje vergeten daarin. Ik wil die kinderen het gevoel geven dat zij er absoluut mogen zijn. Dat het helemaal niet erg is dat zij misschien wat minder goed zijn in rekenen en dat het juist geweldig is dat zij heel goed met hun handen kunnen werken. Ik weet nog wel dat ik aan het begin van mijn studie voor groep 6 stond. Daar zat een jongen in de klas die heel graag boer wilde worden, maar dat niet durfde te vertellen. Dat vond ik jammer om te horen. Juist die mensen hebben we zo ontzettend nodig! Ik heb hem toen voorgesteld dat hij en ik het samen konden vertellen, als hij dat wilde. Twee weken later vertelde hij het alleen aan de klas. Superstoer, toch? Dan denk ik: “Wow, dat jij dat durft!” Zo’n juf wil ik zijn voor mijn leerlingen! Iemand die naar ze luistert, ze steunt, er altijd voor ze is en ze de ruimte geeft. Ik hoop dat ze zich juf Anouk zo later herinneren.”

Hulp nodig? Flevowijs ondersteunt iedereen die in het Flevolandse onderwijs wilt werken

© Flevowijs - 2024 | Alle rechten voorbehouden Boosted by Watch4Media